Korte uitleg verenigingsrecht

Tips en uitleg verenigingsrecht

Deze pagina bevat een korte uitleg van het Nederlandse verenigingsrecht, met een praktische introductie en met handige tips. (update april 2018)

Basisbeginselen: redelijk, democratisch en zorgvuldig
– dat zijn naar mijn mening de belangrijkste uitgangspunten voor het oplossen van conflicten in verenigingen.
Rechters zijn vaak tamelijk streng voor het bestuur: verenigingsbesturen moeten zorgvuldig handelen, moeten ruimte laten voor democratisch debat in een vereniging en noeten zich redelijk opstellen. Tegelijk moeten besturen zich aan de statuten en reglementen van de vereniging houden. De letterlijke tekst van de reglementen is echter niet heilig: art. 2:8 lid 2 BW bepaalt dat een “krachtens wet, gewoonte, statuten, reglementen of besluit geldende regel” niet van toepassing is “voor zover dit in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn”. Redelijkheid en billijkheid kunnen dus voorgaan op de reglementen.
Het democratische karakter van Nederlandse verenigingen brengt verder met zich mee dat het bestuur ruimte moet laten voor leden om kritiek te uiten, om te proberen plannen tegen te houden, en om voorstellen aan de ALV te doen om het bestuur af te zetten.
Kortom, ook bij zeurende leden moet het bestuur zich professioneel opstellen. Aan de andere kant kan het bestuur het lidmaatschap van lastige leden meestal wel beëindigen, meestal niet met royement maar met opzegging (wat juridisch heel verschillende dingen zijn).

De ALV
Om meteen maar een misverstand weg te nemen: de ALV is niet het hoogste orgaan van een vereniging. Althans, het kan geen opdrachten geven aan het bestuur. Dat staat vast sinds het Forumbank-arrest. Als de ALV iets wil, en het bestuur date weigert, dan kan de ALV het bestuur ontslaan en een ander bestuur benoemen (volgens de statutaire procedure). Moties van de ALV zijn dus juridisch niet bindend voor het bestuur (let op, dit geldt niet altijd voor moties van wantrouwen). De ALV heeft wel een aantal wettelijke en statutaire bevoegdheden en besluiten op die punten zijn wel bindend.

Dan: Nederland is een vergaderland. En sinds het Wijsmuller-arrest geldt: als het bestuur, of de ALV, of een commissie over iets moet besluiten, dan moet dat steeds “als vrucht van onderling overleg”. Overleg van alle betrokkenen is een vereiste (dus een vergadering, maar niet per se fysiek), ook als je van tevoren al weet dat een meerderheid van stemmen voor (of tegen) het plan is.

Vereniging, statuten en de wet (het BW)
De wettelijke regeling van de vereniging staat in titel 2 van boek 2 BW. Echter, je hebt ook titel 1 nodig, in het bijzonder art. 2:8, 2:9, 2:10 en 2:13-2:16. Het is echter vaak nuttiger om te beginnen met de statuten en reglementen van je vereniging. De meeste van deze wetsartikelen vermelden namelijk dat er in de statuten van kan worden afgeweken.

Wat staat er in de wet over verenigingen?

  • Oprichting: een vereniging kan worden opgericht bij de notaris, maar ook zonder notaris. Een vereniging kan zelfs “spontaan” ontstaan, als een losse club steeds meer als vaste organisatie gaat werken. Schriftelijke statuten zijn niet nodig, een inschrijving bij de KvK ook niet, maar wel aan te bevelen (zelfs als de vereniging niet notarieel is opgericht). (art. 2:26-2:30 BW)
  • Lid worden en einde lidmaatschap (art. 2:33-36 BW): Nederland heeft de grondwettelijke vrijheid van vereniging. Dat betekent (in principe) dat een vereniging leden niet kan dwingen om lid te blijven, dat automatisch lidmaatschap niet mogelijk is, dat een vereniging zelf besluit wie ze toelaat als lid, en dat geen toestemming nodig is van de overheid om een vereniging op te richten. Er is een uitgebreide wettelijke regeling voor royement (ontzetting), waar je als bestuur goed op moet letten. Er is ook regeling voor opzegging van het lidmaatschap door de vereniging of door het lid. Leden die willen opzeggen hebben echter vooral te maken met de regeling in de statuten en reglementen.
  • In de ALV hebben in principe alle leden één stem, maar je kan in de statuten ook constructies invoeren met een ledenraad, afgevaardigden en andere stemverdelingen. Op verzoek van een voldoende aantal leden moet het bestuur een ALV organiseren, anders kunnen leden dat zelf. Let op: niet elke vergadering van leden is een ALV, een ALV is pas officieel als hij op de juiste manier bijeen is geroepen, en vooral: door de juiste personen. Op dit punt is de rechtspraak opeens formeel: denk niet dat je een nieuw bestuur kan benoemen op een door bezorgde leden georganiseerde vergadering, zelfs als heel veel of bijna alle leden aanwezig zijn, als het geen officiële ALV is. (art. 2:38-41).  Zie bijv. de uitspraak Shaan-E-Islam (2015)
  • Het bestuur bestuurt de vereniging en kan overeenkomsten sluiten namens de vereniging (2:44, 2:45). De ALV kiest de bestuursleden (2:37). Echter, dit kan in notariële statuten tamelijk worden ingeperkt met constructies als bindende voordrachten en externe bestuursleden.
  • Er is een tamelijk strenge regeling voor het wijzigen van de statuten (2:42 en 2:43 ). Er is ook een uitgebreide regeling voor de jaarrekening (niet voor de begroting) (2:48-50, het meeste wat er staat geldt alleen voor grote verenigingen). De regels voor het opheffen van een vereniging (ontbinding) staan in art. 2:42 lid 4 en art. 2:23a, 2:23b, 2:23c en 2:24 BW.
  • Houdt het bestuur of de vereniging zich bij het nemen van besluiten niet aan de procedures in statuten of aan de reglementen: je hebt 1 jaar om een rechtszaak aan te spannen, en deze vervaltermijn is hard (art. 2:15 lid 5; uitspraken). 

Meer weten?
Raadpleeg een boek of jurist . Vanzelfsprekend kan deze korte praktische samenvatting niet ingaan op alle details.